
61
Met begeleiding spelen
Eerste kennismaking
Songs weergeven
Omdat één patroon na verloop van tijd begint te vervelen, kunt u ook verschillende
patronen aaneenschakelen en deze volgorde dan weergeven. Zo’n aaneenschakeling
heet –heel toepasselijk– “Song”.
1
Druk op [SONG]. De “SONG”-pagina verschijnt.
2
Kies met [INC/+] of [DEC/-] c.q. de VALUE-schijf een Song.
3
Druk op [PLAY/STOP]. De bijbehorende indicator licht op en de
weergave van de Song begint.
4
Om de weergave van de Song weer te stoppen, moet u nog een keer
op [PLAY/STOP] drukken.
U kunt ook eigen Songs
programmeren door de
volgorde van de gewenste
patronen te bepalen
(blz. 106).
Het weergavevolume kunt
u met de [PHONES]- en
[MASTER]-regelaar instel-
len. Vóór starten van de
weergave zet u deze rege-
laars echter het best op de
minimumwaarde om scha-
de aan uw oren, luidspre-
kers, hoofdtelefoon e.d. te
voorkomen. Vervolgens
kunt u het volume dan ver-
hogen.
De balans tussen de bege-
leiding en de drums is
instelbaar. Zie hiervoor
“Volume van de begelei-
ding en de metronoom” op
lz. 62.
13, 4
2
Als u op [PLAY/STOP]
drukt, terwijl u de [SHIFT]-
knop ingedrukt houdt, acti-
veert u de lusweergave van
de Song. Die stopt dan
enkel nog wanneer u op de
[PLAY/STOP]-knop drukt.
Comentários a estes Manuais